Wijziging van de codex Welzijn op het werk betreffende het re-integratie-traject voor arbeidsongeschikte werknemersHet nieuwe KB van 11 september 2022 werd gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad op 20 september 2022 en trad al meteen in werking op 1 oktober 2022 zonder overgangsmaatregelen.
Wat verandert er?
Contact met arbeidsongeschikte werknemer na 4 weken afwezigheid
Tot op heden was er al de verplichting dat de werkgever de arbeidsarts op de hoogte moet brengen van elke werknemer die 4 weken of langer arbeidsongeschikt is. Vanaf 1 oktober dient de arbeidsarts deze arbeidsongeschikte werknemers nu ook te contacteren met het oog op het informeren over de mogelijkheden bij werkhervatting (zoals een bezoek voorafgaand aan de werkhervatting of een re-integratietraject).
Binnenkort zal u als werkgever deze arbeidsongeschikte werknemers kunnen doorgeven via onze website. Intussentijd mag u dit doorgeven aan uw arbeidsarts.
Opstart van het re-integratietraject
- De werkgever kan nu al vanaf 3 maanden ononderbroken arbeidsongeschiktheid (i.p.v. 4) een verzoek indienen. Er dient ook nog steeds een re-integratietraject opgestart te worden door de werkgever als de werknemer een attest van zijn behandelend arts overhandigt waaruit de definitieve ongeschiktheid voor het overeengekomen werk moet blijken.
- De werknemer zelf of zijn behandelend arts kan een re-integratie starten vanaf 1 dag arbeidsongeschiktheid (bleef ongewijzigd).
- Tevens wordt de term ‘ononderbroken’ anders geïnterpreteerd: als de werknemer in die periode het werk heeft hervat maar binnen de eerste 14 dagen opnieuw uitvalt, wordt deze termijn geacht ononderbroken te zijn.
- De adviserend geneesheer van de mutualiteit zal geen re-integratietraject meer kunnen opstarten.
- In geval van een arbeidsongeval of beroepsziekte kan vanaf 01/10/22 een re-integratietraject ten vroegste worden opgestart van zodra de tijdelijke ongeschiktheid is afgelopen.
Beslissingen op het formulier van de re-integratie-beoordeling
Er zijn slechts 3 beslissingen meer mogelijk, in tegenstelling tot de 5 beslissingen hiervoor, namelijk:
- Beslissing A: de werknemer is slechts tijdelijk ongeschikt voor het overeengekomen werk en kan in tussentijd aangepast of ander werk uitvoeren, eventueel mits aanpassing van de werkpost. De arbeidsarts formuleert de voorwaarden en modaliteiten van het aangepast of ander werk.
- Beslissing B: de werknemer is definitief ongeschikt voor het overeengekomen werk en is wel in staat om aangepast of ander werk uit te voeren. De arbeidsarts formuleert de voorwaarden en modaliteiten van het aangepast werk.
- Beslissing C: het is om medische redenen (voorlopig) niet mogelijk om en re-integratiebeoordeling te doen, omdat het nog niet duidelijk is of de werknemer tijdelijk dan wel definitief ongeschikt is voor het overeengekomen werk of omdat de werknemer nog behandelingen moet ondergaan alvorens een werkhervatting mogelijk is.
Wijzigingen in de termijnen
- De arbeidsarts heeft nu 49 kalenderdagen de tijd (i.p.v. 40 werkdagen) om een beslissing over te maken aan de werkgever en de werknemer. Deze termijn begint te lopen vanaf de dag volgend op de dag waarop de arbeidsarts het ondertekende verzoek ontvangt.
- Voor het opstellen van een re-integratieplan of een gemotiveerd verslag heeft de werkgever nu 63 kalenderdagen (i.p.v. 55 werkdagen) bij beslissing A en slechts 6 maanden (i.p.v. 12 maanden) bij beslissing B.
- De werknemer krijgt nu 14 kalenderdagen (i.p.v. 5 werkdagen) de tijd om al dan niet akkoord te gaan met het geformuleerde re-integratieplan. Indien de werknemer niet reageert, is het aan de werkgever om contact op te nemen met de werknemer. Als dit opnieuw geen resultaat oplevert, wordt dit aanzien als een weigering van het plan en wordt het traject beëindigd.
- In geval van beslissing C wordt het traject beëindigd en kan het ten vroegste na 3 maanden opnieuw worden opgestart tenzij de arbeidsarts goede redenen heeft om van deze termijn af te wijken.
- Een werknemer die in beroep gaat tegen de beslissing B (vaststelling van definitieve ongeschiktheid) dient hiervoor een aangetekende zending te doen aan de bevoegde arts sociaal inspecteur van TWW én aan de werkgever. De werknemer dient dit beroep aan te tekenen binnen een termijn van 21 kalenderdagen (i.p.v. 7 werkdagen). De termijn begint te lopen op de dag volgend op de dag van ontvangst van het re-integratieformulier. De arts sociaal inspecteur van TWW dient een eindbeslissing te nemen binnen een termijn van 42 kalenderdagen.
Einde van het re-integratietraject duidelijker omschreven
Zo zal bijvoorbeeld het traject worden beëindigd als de werknemer 3 keer niet ingaat op de uitnodiging van de arbeidsarts, met telkens minstens 14 kalenderdagen tussentijd. Ook wordt het traject beëindigd als de werkgever het gemotiveerd verslag of het re-integratieplan (dat door de werknemer ofwel werd geweigerd ofwel werd goedgekeurd) heeft overhandigd aan de arbeidsarts. In alle gevallen verwittigt de arbeidsarts de adviserend arts van het beëindigen van het traject en van de reden hiervan.
De verplichtingen van de werkgever duidelijker omschreven
De werkgever onderzoekt de concrete mogelijkheden voor aangepast of ander werk en/of aanpassingen aan de werkpost en dient hierbij zo goed mogelijk rekening te houden met de voorwaarden en modaliteiten bepaald door de arbeidsarts. De werkgever dient ook rekening te houden met het collectief kader inzake re-integratie en in voorkomend geval met het recht op redelijke aanpassingen voor personen met een handicap.
Versterken van het collectief re-integratiebeleid
De werkgever zal regelmatig met het comité moeten overleggen over de mogelijkheden op collectief niveau voor aangepast of ander werk en over de maat-regelen voor aanpassingen van de werkposten.
Hiertoe bezorgt de werkgever jaarlijks aan het comité de geglobaliseerde en geanonimiseerde elementen uit de re-integratieplannen en uit de gemotiveerde verslagen.
De arbeidsarts zal jaarlijks aan de werkgever een kwalitatief en kwantitatief verslag moeten afleveren over de spontane raadplegingen, werkhervattingen, re-integratietrajecten, bezoeken voorafgaand, problemen bij het contacteren van arbeidsongeschikte werknemers, aanpassingen aan de werkposten,... en dit met respect voor de vertrouwelijkheid van de persoonsgegevens en het medisch beroepsgeheim.
Procedure medische overmacht
De beëindiging van de arbeidsovereenkomst omwille van medische overmacht zal in de toekomst volledig worden losgekoppeld van het re-integratietraject. Hiervoor zal een aparte “bijzondere procedure in het kader van artikel 34 Arbeidsovereenkomstenwet” moeten worden doorlopen waarop de arbeidsarts al dan niet de definitieve ongeschiktheid voor het overeengekomen werk zal bevestigen. Deze nieuwe procedure dient nog in het Parlement te worden behandeld en goedgekeurd.
Voorlopig zijn dus artikels 15 en 19 van KB 11.09.22 hieromtrent nog niet in werking en blijft dit dus zoals voorheen (zoals beschreven in het huidige artikel 34 van de Arbeidsovereenkomstenwet).
Hoe wordt het KB toegepast op de nog lopende re-integratietrajecten?
Er zijn geen overgangsmaatregelen voorzien op de lopende trajecten. Dat wil dus zeggen dat voor een verzoek dat werd ingediend voor 1 oktober 2022 en waarvoor er nog geen beslissing werd genomen, de arbeidsarts na 1 oktober 2022 dus de nieuwe beslissingen zal moeten nemen (A, B, C) in plaats van de oude (A, B, C, D of E). Als de beslissing van de arbeidsarts werd genomen voor 1 oktober 2022, blijft deze geldig en zal de werkgever de nieuwe termijnen moeten toepassen om een re-integratieplan of een gemotiveerd verslag op te maken. |